Welke kleur heeft een kameleon? En waar vindt een nomade rust? Soloreiziger en veelkunner Jacqueline Mulder (50) heeft haar plek gevonden op Schiermonnikoog én in haar persoonlijke pelgrimstocht die langs vele wegen, verblijfsplaatsen, ontmoetingen en avonturen leidt. Rode draad is het beléven, het ervaren van alle kleuren die ze in zich heeft. Van de donkere tot de lichte, die haar laten stralen van levenslust.
Als ik aankom bij het idyllische eilandhuisje van Jacqueline, zit ze buiten op me te wachten. Stevige wandelschoenen aan, gebreide poncho om de schouders en een warme glimlach op het gezicht. Terwijl ze me het huisje laat zien – klein, authentiek en fijn – vertelt ze dat de huurperiode van dit tijdelijke onderkomen net is verlengd. Een opluchting, in deze onzekere coronatijd, waarin reizen niet meer vanzelfsprekend is. Een paar jaar geleden verkocht ze haar eigen appartement om voor onbepaalde tijd op reis te gaan. Eerst met een rugzak, later met een eigen camper. Ze trok net een paar maanden door Zuid-Europa toen Covid-19 de vrije bewegingsruimte sterk inperkte. Bij het invallen van de lockdowns reed ze vanuit Zuid-Portugal over surrealistisch lege autowegen terug naar haar vertrouwde Schiermonnikoog. Op zoek naar weer een nieuwe plek.
Nieuwe ronde, nieuwe kansen
Met verrassende wendingen in het leven leerde de Jacqueline al jong omgaan. “In mijn jeugd ben ik zeven keer verhuisd”, vertelt de geboren en getogen Groningse. “Soms zelfs midden in het schooljaar. Dat kwam door de turbulente loopbaan van mijn vader, die regelmatig iets nieuws uitprobeerde. Als hij floreerde in een baan of eigen bedrijf, dan aten we biefstuk. In de mindere periodes gehaktballen. Als we weer ergens vertrokken, vond ik het achterlaten van hartsvriendinnen het moeilijkste. Daar heb ik echt verdriet van gehad. Maar de verhuizingen brachten me ook iets moois: een gevoel van ‘nieuwe ronde, nieuwe kansen’. Als beschouwend meisje zag ik wat in de groep wel of juist niet werkte. Ik kon me aanpassen als een kameleon en experimenteerde met verschillende identiteiten. Dat was het voordeel van regelmatig een nieuwkomer zijn.”
“Dat ik steeds weer mijn plek moest vinden, heeft me gevormd. Toch pasten die wisselingen ook bij wie ik ben. Al sinds de kleuterleeftijd voel ik me verwant met het zigeunerleven. Het is begonnen met dat kinderliedje over een klein zigeunermeisje op een steen, die haar tranen moet drogen en een kindje kiezen om mee te dansen. In mijn hele jeugd hadden zigeuners voor mij iets spannends. Het leiden van een vrij leven waarin je niet hoeft te voldoen aan de norm en steeds nieuwe plaatsen kunt opzoeken, sprak me enorm aan. En het is precies wat ik al mijn leven lang doe. Ik ga mijn eigen gang, ben het liefst op reis en dit huisje is al mijn dertigste woonplek. Sommige mensen vinden dat heel onrustig, maar een bepaalde mate van onrust hoort bij mij. Ik gedij op beweging en avontuur en vind daarin mijn eigen rust. Daarom ga ik regelmatig bij mezelf te rade: wil ik hier nog blijven, of is het tijd om te gaan?”
Verlangen haalt je uit de werkelijkheid
“In mijn jongere jaren werd ik vooral gedreven door verlangens. Dacht ik bij elke nieuwe stap dat dát het helemaal moest zijn. Met het ouder worden, leef ik meer in het moment, in wat er nu is. Een verlangen kan mooi zijn, maar er zit ook iets eisends is. En het haalt je uit de werkelijkheid. Als je steeds bezig bent met dáár en straks, dan ga je voorbij aan het leven hier en nu. Uit ervaring weet ik dat het leven toch altijd anders loopt. Ik heb geleerd te doen wat er op dít moment toe doet. Wat ik belangrijk vind, waar ik plezier aan beleef, wat nodig is. En hoe dat verder uitpakt? Dat zal de tijd leren. Natuurlijk zijn er nog verlangens, maar ik kijk er met meer afstand naar. Waar ik me vroeger roekeloos en naïef in nieuwe avonturen stortte, ben ik nu bedachtzamer. Dat geldt ook voor moeilijke momenten. In plaats van meteen in het drama te schieten en daardoor bakken energie te verspillen, probeer ik goed te voelen wat ik werkelijk nodig heb.”
“De mooiste ontwikkeling is dat ik mijn eigen beste vriendin ben geworden. Als ik ergens in vastloop of verdrietig ben, dan zeg ik tegen mezelf: ‘Kom op Sjak, trek je schoenen aan en ga naar buiten, lekker wandelen, daar knap je van op’. Voor mezelf zorgen, dat is vriendschap. En ik voel me goed in mijn eigen gezelschap, daarom durfde ik alleen met een rugzak door Tasmanië en Thailand te reizen en solo in mijn camper door Zuid-Europa te trekken. Het leuke is dat er onderweg altijd mooie ontmoetingen op je pad komen. Ook dichtbij huis trouwens. Als ik hier op Schier een wandeling maak, heb ik regelmatig mooie gesprekjes met mensen die ik tegenkom. Dat we hier in een kleine gemeenschap leven, heeft me ooit benauwd, maar ik besef nu hoeveel waarde het heeft dat je elkaars verhalen en geschiedenis kent. Als we elkaar groeten, is één blik genoeg. Daarom is Schiermonnikoog mijn plek, hoe graag ik ook reis.”
Heb het leven lief
Jacqueline maakte als twintiger de stap om te gaan wonen en werken op Schier, met haar eerste liefde. “We kregen samen Tim (25), ons prachtige oerkind van de zee en de golven. Tim is met liefde door ons grootgebracht, al had ik er lange tijd moeite mee dat ik hem een normaal gezinsleven heb ontzegd doordat het huwelijk met zijn vader vrij snel stukliep. Ik miste iets in die relatie en zocht mijn heil bij iemand anders, in een geheime buitenechtelijke relatie. Hoe zwaar dat geheim toen heeft gewogen, besefte ik pas toen ik in 2019 naar Santiago de Compostella liep en onderweg stenen meenam die symbool stonden voor wat ik nog had aan te gaan in mezelf. Deze steen was groot, net als het geheim destijds. Maar na het torsen, heb ik de pijn en schaamte van die verborgen episode voorgoed achter me kunnen laten op Cruz de Ferro, het hoogste punt van de Camino.”
“Mijn tocht duurde 46 dagen en onderweg kwam ik mezelf op vele fronten tegen, in liefde en verdriet. Heftig was de opvlammende rouw om mijn jeugdvriend, die op zijn negentiende een zelfmoordpoging overleefde en in 2017 stierf door een noodlottig ongeluk. Zijn dood raakte me diep. Het haalde de impact van zijn vroegere suïcidewens weer boven. Plus de pogingen van anderen in mijn omgeving, die soms niet, maar soms ook wél slaagden. Door helemaal in dat verdriet te duiken, kwam mijn levenslust in volle glorie boven. Tijdens het lopen heb ik het lied Heb het leven lief van Liesbeth List eindeloos gedraaid. Ieder woord leek voor mij geschreven. Ik huilde tot ik bijna in mijn tranen stikte, maar verrees weer uit mijn as. Het leven liefhebben is de kern van mijn levensles en het is mijn persoonlijke mantra geworden die ik tijdens de Camino in allerlei vormen heb doorgegeven aan anderen. Nog steeds deel ik dat prachtige lied met iedereen die het wil horen. Elk mens treft uitdagingen op zijn levenspad en dan helpt het om het leven lief te hebben. Wat zich ook aandient: beleef het, doorleef het.”
In een gouden kooi
Voor Jacqueline horen álle kleuren erbij, ook de donkere gaat ze niet uit de weg. “Die donkere kanten in mezelf ben ik vooral tegengekomen in een relatie met een man die – achteraf bezien – een narcist bleek. Vertwijfeld bleef ik mezelf afvragen: waarom deze man, wat heb ik met hem uit te zoeken? Ik heb enorme strijd gevoerd om door hem gehoord en gezien te worden, maar met een narcist krijg je nooit echt verbinding. Het kwartje viel toen een psycholoog zei: jij kiest er zelf voor of je bij hem wilt blijven of niet. Ik was een schaduw van mezelf geworden en voelde me een vogeltje in een gouden kooi. Aan de buitenkant leek ons leven ideaal: wonen op een landgoed, een goedlopend bedrijf en een leven ‘op stand’, volgens de normen van bepaalde kringen. Ook al voerde ik op mijn manier strijd met wat er niet klopte, ik raakte steeds meer bij mezelf weg. Wat ik blijkbaar had te leren was: grenzen herkennen en trouw zijn aan wie ik ben. Voelen wanneer het tijd is om te gaan.”
“Het duurde even, maar uiteindelijk ging ik. Weggaan bij hem was een grote stap, omdat ik onze relatie opgaf én mijn huis en baan verloor, omdat we samenwerkten in zijn bedrijf. Maar mijn zelfrespect was belangrijker en ik had al eerder als bijstandsmoeder de eindjes aan elkaar geknoopt. Net als in mijn jeugd wisselen in mijn leven de biefstukken en gehaktballen elkaar af. Dat past me prima, want ik kan heus genieten van weelde, maar tijdens mijn reizen heb ik ontdekt hoe weinig ik nodig heb om gelukkig te zijn. In vergelijking met de primitieve omstandigheden waarin ik soms bivakkeer, is dit kleine huisje met stromend water en alle voorzieningen al rijkdom. Het is maar vanuit welk perspectief je kijkt. En net als zigeuners en nomaden ben ik het allerliefste buiten, daar waar de wind me brengt. Daarom is Schiermonnikoog zo’n fijne plek om te zijn als ik niet reis. Hier op het eiland is het gevoel van vrijheid altijd dichtbij.”
Spannend om hart weer te openen
Dat ze alleen leeft – als single en soloreiziger – en haar eigen koers kan volgen, draagt ook bij aan dat gevoel van vrijheid. “Onderweg in het leven ontmoet ik allerlei mensen, trek een poosje met ze op, heb waardevolle vriendschappen en soms ook een romance, maar sinds de drie lange relaties in mijn leven ben ik alweer acht jaar single. Het is spannend om mijn hart weer echt voor iemand te openen, al heb ik diep vanbinnen wel het verlangen om opnieuw verbinding aan te gaan met een speciaal persoon. Liefdevolle verbinding in vrijheid, dat zou mooi zijn. Dat je van elkaar houdt om wie je bent en elkaar dan ook de ruimte geeft om jezelf te kunnen zijn. Voor mij blijft het belangrijk om af en toe solo op reis te gaan en daarin mijn eigen ritme te volgen. Nieuwe plaatsen opzoeken, avonturen beleven en ervaringen opdoen. Maar wat zou het heerlijk zijn om daarna bij elkáár thuis te komen. Zoals ik na mijn omzwervingen ook altijd weer thuis kom op Schiermonnikoog.”
NB: Voor vrouwen die graag solo willen reizen en dat nog best spannend vinden, werkt Jacqueline aan een boek: een mix van eigen ervaringen, adviezen en praktische tips. Ze schrijft er bij vlagen aan, naast haar werk als coach en organiser (zie www.beginmaar.nl, waar ook haar reisblogs zijn te vinden). Jacqueline is bovendien freelance hoofdredacteur van de eilanderkrant Lytje Pole. Zo vond ik haar: door een aansprekend berichtje onder de titel ‘op pad met een eilandbewoner’.
Fotografie: Laurens Aaij