Springen op je eigen moment

Eén van mijn vroegste jeugdherinneringen gaat over dagelijkse moed. Het was op de kleuterschool in ons dorp, waar ik als vierjarige de basis voor mijn zelfstandige leven legde. Als ik mijn ogen sluit en in gedachten terugkeer naar die periode, dan ben ik…een kabouter! Niet omdat ik nog zo klein was of omdat de jongste kleuters zo genoemd werden, maar omdat ik zo graag rondliep in het purperrode fluwelen kabouterpak uit de verkleedkist. Ik zie de wijde pofbroek zo weer voor me en daaronder sloffen met eigenwijs opstaande puntneusjes. Het pak had een zachtheid waarin ik me helemaal kon nestelen, daarom droeg ik het regelmatig.

Er fladderde iets in mijn buik

Geen idee meer welke avonturen ik als kabouter allemaal beleefde, maar het blije gevoel herinner ik me nog goed. Ik weet ook nog dat ik op een dag misgreep. De vertrouwde purperrode stof lag niet in de verkleedkist en in de klas zag ik nergens een fluwelen kabouter rondlopen. Juf moet gezegd hebben dat het pak in de andere klas was, bij de groten, want het volgende moment dat opduikt in mijn herinnering sta ik in de hal van de school. Op dat uur een onwaarschijnlijk stille ruimte tussen onze jassen en gymtassen. Ik bleef er lang dralen. Omdat er een acquarium stond waar ik graag naar keek, maar vooral omdat ik iets voelde fladderen in mijn buik als ik naar de dichte deur van het andere lokaal keek.

Een gelukkige kabouter

Achteraf realiseer ik me dat ik daar – in het groengele licht van het aquarium, starend naar de zwemmende guppies – moed stond te verzamelen. De moed om zomaar een onbekende ruimte binnen te gaan, met een heel andere juf en klas. En het duurde even, maar ergens tijdens dat getreuzel in de stilte van de hal vond ik de flinkheid om nieuw terrein te betreden. Ik ging ervoor omdat ik zo graag weer kabouter wilde zijn. Daarna herinner ik me alleen de roes van het moment en de opluchting toen ik de zachte stof in mijn handen voelde. Waarschijnlijk waren mijn wangen net zo purperrood als het felbegeerde pak, maar de beloning – een gelukkige kabouter – was groot!

Eigen tijd nemen

Mijn kleutermoed was pas het prille begin. Inmiddels ben ik veertig jaar verder en bij vlagen kom ik situaties tegen waarbij het fladderende gevoel in mijn buik weer opspeelt. Ik beschouw het maar als een teken dat het om Iets Belangrijks gaat, iets wat op dat moment mijn aandacht vraagt. De stilte opzoeken en mijn eigen tijd nemen is daarom nog steeds mijn gekoesterde manier om dagelijkse moed te verzamelen. Door wat langzamer te gaan, word ik bewuster van waar mijn hart heen wil. Als vanzelf komt dan het moment waarop ik moedig genoeg ben om de sprong te wagen.