Als kind won ik een kleurwedstrijd van de lokale elektronicazaak. Mijn prijs: een Quartz horloge. Dat was best een teleurstelling, want in de uitgestrektheid van de jeugd zei tijd mij nog weinig. Gelukkig wilde een tante het uurwerk overnemen en mocht ik een ander cadeau kiezen. Pas later – toen de kloktijd ook mijn leven steeds meer bepaalde – ging ik een horloge dragen. Tot ik mezelf als twintiger weer van die tik-tak rond mijn pols heb bevrijd.
Eerlijk is eerlijk: het wegdoen van mijn horloge was vooral symbolisch, omdat het in onze samenleving lastig functioneert zonder tijdsaanduiding. Al ontwikkelde ik juist zónder polsklokje een opvallend nauwkeurig gevoel voor kloktijd. Ergens weten we blijkbaar prima hoe lang een uur duurt. Maar ik verdwaal ook makkelijk in de tijd, daarom check ik bij gelegenheid hoe laat het is. Het komt immers precies als het gaat om chronos. Toch heb ik ‘m liever niet meer zo dicht op mijn huid. Ook tijd heeft speling nodig.
Zee van tijd in een ogenblik
Gevoelsmatig ervaar ik tijd als een vorm van ruimte. Ergens tijd voor nemen, betekent ruimte maken. Ruimte in mijn hoofd, in mijn agenda, in mijn leven. En het magische is – hoe vol de tijd soms ook lijkt – dat er altijd ergens ruimte is te vinden. Zodra je de klok loslaat en in je eigen flow komt, kun je in één ogenblik een zee van tijd ervaren. Dat besef maakt de wegtikkende lineaire tijd bijna komisch. Klokken zijn maar machientjes. Staan ze stil, dan winden we ze op of doen er een nieuwe batterij in, terwijl de tijd intussen heus niet groter of kleiner is geworden. Tijd is als een zandloper die je steeds weer kunt omdraaien.
Maar hoe eindeloos is de tijd nog in het tijdperk waarin wij leven? Afgaande op de druk van tegenwoordig, lijken de marges beperkt. Het is alsof we met z’n allen in dat smalle, nauwe doorgangetje van de zandloper blijven steken. Terwijl er boven en onder zoveel ruimte is! Sterker nog, de zandloper is ook maar een ding dat we bedacht hebben. Daarbuiten is nog veel meer tijd en ruimte. Zo bekeken is het verstrijken van dagen, weken, maanden en jaren betrekkelijk. Zelfs op de schaal van een mensenleven, want de tijd van je leven hebben, kan op elk nieuw moment.
Het kostbaarste van tijd
Het is zelden dat ik mensen hoor zeggen dat ze de tijd van hun leven hebben. Meestal zijn we druk-drukker-drukst. En dan vraag ik me weleens af of al die goed gevulde agenda’s ook tot vervulling leiden. Zolang we leven, klopt ons hart wel door, maar: waar klopt het eigenlijk voor? Dáárbij kunnen stilstaan, is misschien wel het kostbaarste dat tijd ons te bieden heeft. Zeker, klok- en kalendertijd houden ons bij de les, maken dat we in beweging komen om ‘op tijd’ te zijn voor alles wat belangrijk is – of lijkt – in ons leven. Zo jagen we doelgericht deadlines en dromen na, maar missen we wat er ontstaat als je plannen loslaat en zomaar eens aan de tijd voorbij gaat…